Selecteer een pagina

Criteria leasen bedrijfsmiddelen

Waar moet een bedrijfsmiddel aan voldoen om gemakkelijk ‘leasebaar’ te zijn?

De meeste bedrijfsmiddelen komen in aanmerking voor leasing. Het is goed om te gaan onderzoeken of het beoogde bedrijfsmiddel goed ‘leasebaar’ is. Waar moet je op letten?

Het belangrijkste aspect is de zogenaamde ‘courantheid’. Betreft het een object/bedrijfsmiddel dat courant is, en dus makkelijk te verhandelen op de tweedehandsmarkt. Van een courant object is het waardeverloop door de leasemaatschappij redelijk goed in te schatten. Bovendien is een courant object – per definitie – altijd wel gewild door marktpartijen.

Waarom is dit belangrijk?

De courantheid bepaalt het waardeverloop en dus ook het risicoprofiel van de transactie. Immers, de leasemaatschappij moet rekening houden met het scenario waarin jouw bedrijf niet (meer) in staat is de leasetermijnen te betalen.

Een ander belangrijk aspect is de vraag of het object wel degelijk roerend is en blijft. Bepaalde objecten worden namelijk bevestigd in de grond of aan een gebouw, waardoor zij ‘aard- en nagelvast’ worden. Deze objecten zijn dan niet meer zonder schade los te maken van het onroerend goed waar zij aan vastgemaakt zijn. Hier treedt de regel van natrekking in werking: het bedrijfsmiddel wordt voortaan één geheel met het onroerend goed, en valt automatisch binnen de eigendomsrechten van de eigenaar van de grond of het gebouw. In dergelijke situatie kan de leasemaatschappij niet rekenen op het terugnemen van het object, tenzij daaromtrent specifieke juridische afspraken gemaakt worden door het verlenen van een zgn. opstalrecht (maar daar staan kosten tegenover die de transactie wellicht niet meer interessant maken).

Voorbeeld: zonnepanelen

Dergelijke situatie doet zich vaak voor bij zonnepanelen die op het dak worden bevestigd. De leasemaatschappij wil graag de eigendom van deze objecten voorbehouden, maar door de natrekking worden de zonnepanelen eigendom van de eigenaar van het pand (en vallen zij eveneens onder de hypotheekrechten van een eventuele hypotheekgever). Zo heeft de NVB een modelakte ‘opstalrecht’ opgesteld ten behoeve van marktpartijen om natrekking te voorkomen.

Dus als het object duurzaam bevestigd wordt aan de grond of aan het pand is leasing niet de aangewezen financieringsoplossing.

Los van courantheid en het roerend karakter voeren leasemaatschappijen een eigen beleid omtrent het soort objecten die ze willen financieren. Volgende elementen kunnen hierin een rol spelen:

  • waarde en waardevastheid van het object: leasemaatschappijen bepalen een minimale waarde en een maximale waarde waarbinnen zij zaken willen doen. Een object met een (zeer) lage waarde valt dan uit de boot. Een object met een zeer hoge waarde kan voor een leasemaatschappij ook moeilijk te financieren zijn in verband met bepaalde financieringslimieten.
  • waardeverloop van het object: bepaalde objecten dalen zeer snel in waarde, denk aan computers of tablets, waar de vernieuwing volgens zeer korte cycli gebeurt (een tablet van 2 jaar oud wordt beschouwd als gedateerd en is dus nog weinig waard). Een snelle waardedaling zal wellicht leiden tot een kortlopend leasecontract, maar sommige leasemaatschappijen zijn niet actief in deze markt.
  • nieuw of tweedehands: leasemaatschappijen nemen bij voorkeur nieuwe objecten in de boeken. Echter sommige partijen zijn ook bereid jong gebruikte objecten te financieren. Bepaalde partijen zijn gespecialiseerd in zogenaamde sale-and-lease-back, waarbij bestaande objecten worden gekocht door de leasemaatschappij en direct weer verhuurd via lease aan de gebruiker. Het gaat hier doorgaans om waardevolle (gebruikte) objecten met een relatief lang waardeverloop.
  • sectoren: bepaalde leasemaatschappijen sluiten bepaalde sectoren uit, denk aan wapenindustrie, tabak etc.
  • klantsegmenten: bepaalde leasemaatschappijen richten zich nadrukkelijk op bepaalde segmenten zoals business-to-business. De Leden van Leasing Nederland – NVL richten zich volledig op de zakelijke markt en sluiten geen leasecontracten af met consumenten.

TIP: Ga na of het bedrijfsmiddel waarin je wilt investeren ‘courant’ is of niet. Onderzoek of er van deze objecten tweedehands exemplaren te vinden zijn.

Wist je dat

Door een leasecontract verkrijgt de lessee (klant) van de lessor (leasemaatschappij) een recht tot gebruik van het object. Voor het gebruik speelt de juridische eigendom geen enkele of slechts een ondergeschikte rol. Het draait bij lease dus altijd om een object.

Lees meer over Leasing en objecten

Share This