De leasemarkt voor bedrijfsmiddelen heeft het voorbije jaar een zware klap geïncasseerd, uiteraard door de impact van corona op de economie. Waar in 2019 nog voor 7,7 miljard euro aan nieuwe leasecontracten werd gesloten, viel de markt in 2020 met ruim 14% terug tot 6,6 miljard euro. Het 4e kwartaal van 2020 was met een groei van 39% tegenover het derde kwartaal dan weer een flinke meevaller. Daarmee werd de tweede jaarhelft alsnog goed gemaakt, na een dramatisch derde kwartaal (-43%). Toch was de coronadip duidelijk zichtbaar met een daling van het volume van ruim een kwart in vergelijking met de 2e jaarhelft van 2019. Dit blijkt uit cijfers die Leasing Nederland – NVL vandaag publiceert.
Hiermee komt een eind aan de gestage groei van equipment leasing in de Nederlandse markt sedert 2010. Toch is Leasing Nederland – NVL niet ontevreden, aldus voorzitter Stephan van Beek: “Een volume van 6,6 miljard in de markt zetten op een moment dat iedere ondernemer en ieder bedrijf in grote onzekerheid verkeert en vele sectoren noodgedwongen gesloten zijn, is een indrukwekkende prestatie. In totaal zijn 70.000 bedrijven geholpen met leasing, en dat zijn toch vooral MKB bedrijven. Het toont aan dat leasing meer dan ooit onmisbaar is voor bedrijven die willen investeren. Ik verwacht dat de investeringen in bedrijfsmiddelen weer snel zullen aantrekken, maar dat zal pas in de cijfers van het derde en vierde kwartaal van dit jaar te zien zijn.”
Als men naar de cijfers kijkt zijn een paar opvallende vaststellingen te doen, die rechtstreeks verband houden met de coronacrisis. Zo zijn de investeringen in zware trekkers en trailers flink teruggevallen, de transportsector heeft duidelijk te lijden onder de crisis en heeft de investeringen op een lager pitje gezet. Daar staat tegenover dat de leasing van bestelwagens hoge toppen scheert, immers distributie van pakketjes maakt een ongekende groei door.
Een andere vaststelling is dat de heel kleine bedrijven – met minder dan 10 werknemers, waaronder zzp-ers – massaal op de rem getrapt hebben als het gaat om investeringen. Immers bij dit soort bedrijven hangt de beslissing om te investeren af van de ondernemer zelf, die inschat hoe zijn bedrijf er voor staat – en wellicht de gevolgen van de coronacrisis aan den lijve ondervindt. Middelgrote bedrijven daarentegen nemen investeringsbeslissingen met het oog op de middellange en lange termijn.
Ook is opvallend dat steeds meer bedrijven rechtstreeks een appèl doen op de leverancier van de bedrijfsmiddelen om een leasecontract af te sluiten. De zogenaamde ‘Vendor lease’ zit al jaren in de lift en komt op gelijke hoogte met bankkantoren in het aan de man brengen van leasecontracten.
Van Beek verwacht dat leasing verder aan populariteit wint. “Bedrijven zijn genoodzaakt om te blijven investeren, hetzij onder impuls van klanten, hetzij ter vervanging van bestaand materieel, maar ook steeds meer onder impuls van duurzaamheidseisen. Anders dan banken hebben leasegevers de blik op de toekomst, zij kijken eerder naar wat een nieuwe machine oplevert aan omzet, of hoeveel kosten er worden bespaard. Want dat zorgt uiteindelijk voor terugbetalingsmogelijkheden. Bedrijven hebben goed begrepen dat de banken niet de enige financier van het bedrijf kunnen zijn, en ontdekken ook andere financieringsbronnen. Als het gaat om investeringen in bedrijfsmiddelen is leasing de aangewezen vorm, want de leasegever zorgt voor 100% financiering.”